Naast het Bordaa Hûs stond een hoog herenhuis, met de voorgevel dicht tegen de Rijksweg. Rond 1900 woonde Jacob Reitsma hier als een herenboer. Hij was lid van de gemeenteraad, die soms bij hem vergaderde op de bovenetage. Achter het grote huis was een stal voor acht koeien. Na het overlijden van Reitsma begon Cornelis Hooghiemster hier zijn boerenbedrijfje. Hij kon het niet bolwerken in de crisisjaren (jaren ‘30)  en vertrok naar Eindhoven, voor een baan bij Philips. Toen kwam het pand in gebruik als naaiatelier van Firma De Zee & Zoon.

Sjouke de Zee (1867-1954) was kaasmaker van beroep, voordat hij zich in Jirnsum vestigde als handelaar in manufacturen. Later specialiseerde hij zich in textielproducten voor de zuivel, zoals werkkleding en kaasdoeken, en bouwde een bloeiende zaak op. Samen met zijn zwager Durk de Leeuw bracht hij al voor 1900 als eerste de (huidige) Friese vlag in de handel.

Sjouke de Zee was maatschappelijk zeer actief en een bevlogen socialist en drankbestrijder. Hij hield gloedvolle redevoeringen, ook buiten de provincie. In 1914 was hij de eerste die het aandurfde Fries te praten in de vergadering van de Provinciale Staten. Dat werd hem toen verboden!

In zijn vrije tijd deed Sjouke de Zee aan historisch onderzoek. Verder schreef hij artikelen, gedichten en proza. Tijdens een reis van vier maanden door Amerika bezocht hij emigranten van Friese afkomst. Hij publiceerde zijn reisverslag met talrijke foto’s in boekvorm.

Door een grote brand ging zijn manufacturenzaak in rook op. Daarbij verbrandden al zijn boeken en historische papieren. Op dezelfde plaats verrees in 1923 een massief nieuw winkelpand @107, want net als vele dorpsgenoten was Sjouke de Zee goed verzekerd bij de OBAS. Hij heeft nog enkele jaren in Jirnsum gewoond als rentenier en vertrok toen naar Hilversum, waar hij overleed.

Sjouke de Zee was kaasmaker van beroep, voordat hij zich in Jirnsum vestigde als handelaar in manufacturen. Later specialiseerde hij zich in textielproducten voor de zuivel, zoals werkkleding en kaasdoeken, en bouwde een bloeiende zaak op. Samen met zijn zwager Durk de Leeuw bracht hij al voor 1900 als eerste de (huidige) Friese vlag in de handel.

Sjouke de Zee was maatschappelijk zeer actief en een bevlogen socialist en drankbestrijder. Hij hield gloedvolle redevoeringen, ook buiten de provincie. In 1914 was hij de eerste die het aandurfde Fries te praten in de vergadering van de Provinciale Staten. Dat werd hem toen verboden…

In zijn vrije tijd deed Sjouke de Zee aan historisch onderzoek. Verder schreef hij artikelen, gedichten en proza. Tijdens een reis van vier maanden door Amerika bezocht hij emigranten van Friese afkomst. Hij publiceerde zijn reisverslag met talrijke foto’s in boekvorm.

Door een grote brand ging zijn manufacturenzaak in rook op. Daarbij verbrandden al zijn boeken en historische papieren. Op dezelfde plaats verrees in 1923 een massief nieuw winkelpand @107, want net als vele dorpsgenoten was Sjouke de Zee goed verzekerd bij de OBAS. Hij heeft nog enkele jaren in Jirnsum gewoond als rentenier (zie blz. 30) en vertrok toen naar Hilversum, waar hij in 1954 overleed.

Zijn zoon en opvolger Tjeerd de Zee, die in het Bordaa Hûs woonde, verplaatste het bedrijf naar Heerenveen.

Route Zuid: vertelpunt 7