Het Bordaa Hûs

In het midden het Bordaa Hûs, rechts daarvan (met verspringend dak) het naaiatelier en daar precies tegenover de winkel van Sjouke de Zee. Links-onder is een stukje van het dak van het kaaspakhuis zichtbaar.

Earme Antsje

Antje (1847-1919) was de jongste dochter van Bauke Annes Boersma en Taetske Klazes Nijdam. Ze woonde in het Bordaa Hûs.

1
1

De naam Bordaa Hûs is bedacht door Piet van den Bosch, die vaak verhuisde en o.a. hier heeft gewoond. Bordaa is afgeleid van Bordine, wat grens betekent. Het is een oude naam voor de Boarn. Dit grote renteniershuis @154 werd in 1877 gebouwd door Jacob Ruurds Nijdam. Opdrachtgever was Bauke Annes Boersma, voorheen boer op Molesyl.

Na het overlijden van haar ouders bleef de jongste dochter Antje alleen achter in het grote huis. Zij was ongetrouwd, omdat ze geen man uit dezelfde boerenstand had gevonden. Antje Baukes Boersma begon een relatie met schilder en kunstenaar Pieter Tjerks Oosterwal, die tegenover haar woonde. Een huwelijk werd haar door de familie verboden vanwege het standsverschil. Daarom noemden de dorpelingen haar medelijdend Earme Antsje.

In werkelijkheid was zij de rijkste vrouw die ooit in Jirnsum heeft gewoond! In 1901 telde de hele gemeente maar één persoon met een hoger inkomen, maar die moest er wel voor werken. Antje had het geluk dat ze vrijwel al haar Russische obligaties van de hand deed om nóg een boerderij te kunnen kopen. Na de revolutie van 1917 zouden die papieren rap hun waarde verliezen.

De eerste bebouwing ontstond langs de westkant van de dorpsstraat, die op de kruin van de oude Himdyk ligt. Ooit was de oostzijde een smalle uiterwaard met overtuinen. Die hoorden, als bleek en aanlegplaats, bij de tegenoverliggende huizen. In oude koopaktes staat vaak “met recht van opslag aan de Boarn en vrij gebruik van de bijbehorende steeg”.

Het hoge huis met de opmerkelijke bovenramen diende als pakhuis @117, met een droogzolder voor kazen. Vermoedelijk lieten de gebroeders Sjoerd en Mindert Hoekstra het bouwen. Zij namen de boter- en kaashandel over van hun vader en verkochten eveneens veekoeken, touw en andere agrarische benodigdheden.

Van Mindert Hoekstra is een dagboek bewaard gebleven. Hierin maakt hij ondermeer melding van overstromingen in 1842. Toen stond het water bij hun in de pronkkamer en moest hij zijn boeken in veiligheid brengen.

Route Zuid: vertelpunt 6